Interview met Robbie Nijsse, projectleider en adviseur bij Fundatis.

Fundatis werkt naast het Nederlandse hoger onderwijs en mbo ook al vijf jaar met veel plezier in het Vlaamse hoger onderwijs. Hoe is Fundatis hier terecht gekomen? Wat voor projecten worden hier uitgevoerd? En wat zijn de toekomstige ontwikkelingen en plannen? Fundatis blikt samen met Robbie Nijsse, adviseur en projectleider bij Fundatis, terug en vooruit op de werkzaamheden van Fundatis in Vlaanderen.

 

Fundatis werkt al een aantal jaren in Vlaanderen. Hoe is dat begonnen?
“We zijn ongeveer vijf jaar geleden gestart met een opdracht voor Universiteit Gent (UGent). Vanuit UGent werd gezocht naar sterke professionals op het gebied van aanbestedingen en implementaties van leermanagementsystemen. In deze zoektocht heeft UGent een ronde gemaakt door Nederland, waarin de naam Fundatis een aantal keer viel als uitstekende partner op dit gebied. Vervolgens hebben ze contact met ons opgenomen en zijn we na een korte kennismaking van start gegaan.”

Hoe beviel dat?
“Het beviel meteen heel goed! We merkten meteen dat het vaak als prettig werd ervaren dat we op veel dossiers de benodigde kennis en ervaring hadden om direct aan de slag te gaan en resultaten te boeken. Ook de werksfeer hebben we als erg plezierig ervaren. We voelden ons dus eigenlijk direct thuis in het Vlaamse hoger onderwijs.”

En wat voor opdrachten doen jullie nu zoal in Vlaanderen?
“We hebben afgelopen jaren veel opdrachten uitgevoerd in en rondom de digitale leeromgeving en de digitalisering van de onderwijsondersteunende processen. Bij de digitale leeromgeving hebben we bijvoorbeeld projecten uitgevoerd op het gebied van leermanagementsystemen, ePortfolio en digitaal toetsen op afstand. Bij de onderwijsondersteunende processen ging het om projecten rondom plannen en roosteren en studentinformatiesystemen. De projecten varieerden van het ontwikkelen van een strategie of visie tot het uitvoeren van een aanbesteding of een implementatie.”

Waren er veel verschillen in het werken voor Vlaamse onderwijsinstellingen vergeleken met Nederlandse onderwijsinstellingen?
“Over het algemeen zijn de overeenkomsten een stuk groter dan de verschillen. Zowel in Nederland als in Vlaanderen wordt hoger onderwijs op hoog niveau aangeboden, waarbij de opleidingen ook onder hetzelfde kwaliteitszorgstelsel vallen. Ook spelen vergelijkbare vraagstukken. Denk bijvoorbeeld aan de digitalisering van het onderwijs en de onderwijsondersteuning, levenslang ontwikkelen en het versterken van de wendbaarheid van het onderwijs.”

Wat wordt daarin volgens jou de grootste uitdaging?
“De grootste uitdaging zie ik in de toenemende complexiteit die ontstaat door de veelheid aan eisen en verwachtingen die op instellingen afkomen. In een snel veranderende wereld moet het hoger onderwijs zich steeds sneller aanpassen. Aan de ene kant aan de veranderende wensen en eisen vanuit studenten en aan de andere kant aan de verwachtingen, de arbeidsmarkt en de maatschappij. Dit betekent niet alleen een grote omslag voor het onderwijs zelf, maar ook voor de ondersteunende organisatie, inclusief de processen, techniek en cultuur.

Zijn de instellingen in het hoger onderwijs in Vlaanderen hier nog niet voldoende op voorbereid?
“Er worden zeker mooie stappen gezet. Tegelijkertijd blijft het tempo van de verandering hoog en moeten de veranderingen ook goed worden bestendigd in de organisatie. Dit betekent dat instellingen de eigen kennis en kunde goed moeten bijhouden, en dat in een tijd waar de druk hoog ligt en de arbeidsmarkt krap is. Ik denk dat instellingen hier nog een volgende stap in kunnen zetten.”

Hoe zou die volgende stap eruit kunnen zien?
“Ik denk in de eerste plaats door meer met elkaar samen te werken en van elkaar te leren. Voor wat betreft de samenwerking in het hoger onderwijs in Vlaanderen ligt de focus nu nog met name op het regionale niveau van de associaties. Op landelijk niveau zijn er vanuit de VLIR en de VLHORA initiatieven. Toch denk ik dat de samenwerking nog beter en intensiever zou kunnen. Al zijn er ook zeker positieve voorbeelden, zoals het relatief recent opgerichte Lerend Netwerk voor Onderwijsondersteuners (LNO2) met 18 deelnemende instellingen vanuit heel Vlaanderen.”

Wat voor rol zou Fundatis kunnen spelen in het verhogen van de kennis en kunde?
 “Een deel van onze meerwaarde zit erin dat we bij veel instellingen in Nederland en Vlaanderen over de vloer komen. Dat betekent dat we veel kennis en ervaring uit eerdere opdrachten meenemen en direct kunnen omzetten in resultaten. Ook organiseren we met enige regelmaat inhoudelijke bijeenkomsten met interessante sprekers waar we ons netwerk voor uitnodigen, zodat men elkaar ook sneller weet te vinden”

Hoe ziet naar jouw verwachting de rol van Fundatis eruit over vijf jaar?
“Ik hoop dat we over vijf jaar bij een nog bredere groep instellingen in Vlaanderen worden herkend als een partij met de kennis, de expertise en de reputatie om samen met de instellingen de huidige en toekomstige uitdagingen aan te gaan. Het zou daarbij helemaal mooi zijn als we dit kunnen doen met een of meer nieuwe collega’s die zelf de nodige werkervaring hebben in het Vlaamse hoger onderwijs.”

Dank voor het gesprek, Robbie!
“Graag gedaan!”